Ik denk niet dat ik al ooit eerder op een plek was waar het vijfentwintig graden koeler is dan in Nederland.
De hitte zoals je die vandaag daar hebt ervaart mijn lichaam als een soort terreur. Ik speel heel toepasselijk met een nieuw instrument van Pulsar Modular, de P19 Igloo:
De mensen van Pulsar posten een leuk promotiefilmpje over een soundsstudio die in een igloo was gesitueerd. Meteen zo’n zure haring eronder ‘dat hebben jullie met AI gemaakt. ‘
‘Sending a team to shoot in the Arctic to convey our idea was challenging.’ schreef het bedrijf terug.
“"Generative AI is here to stay and improving by leaps and bounds all the time. Get over it. (And yourself.)” schrijft een ander.
Ook ik ben het gezeur van lui die ‘moeite hebben met AI’ meer dan beu. Denk je dat die P19 hierboven zonder hulp van AI is gemaakt? Op Github is al meer dan 70% van de code door AI geschreven. Bijna alles wat jij gebruikt is door AI gemaakt, zeikzak.
Was het beter geweest als een mens die code regeltje voor regeltje in had zitten ponsen? Natuurlijk niet - dat is namelijk behoorlijk kutwerk, en niemand gaat kutwerk zitten doen als het ook anders kan.
Maar je hebt dus daadwerkelijk randdebielen die vinden dat code alleen regel voor regel met de hand mag worden ingeponst. En dan schakelen we even over naar, jawel, de kunsten.
Waarom mag de hele mensheid achterover leunen, maar moet de kunstenaar blijven zwoegen ‘om zichzelf te bewijzen’ aan mensen die achterover leunen, het constant over ‘Onze Cultuur’ hebben die ‘wordt bedreigd’ maar nog nooit een expositie hebben bezocht of een boek verslonden. Waarom moet de kunstenaar eeuwig boeten?
Ik hoor het antwoord al: Kunst, dat is het hoogste. Is dat wel zo? Is in de Matrix niet eerder Code het hoogste?
We komen nu op het terrein van mensen die beweren dat iets geen muziek is als het met een synthesizer is gemaakt.
Die geluiden heb jij toch niet zelf gemaakt? Heb jij die arp met de hand ingeponst?
En de tokkelaars en de arp-drukkers - dat zijn toch helemaal geen muzikanten?
Kortom, het is allemaal apekool. Dzongsar Khyentse Rinpoche heeft een heel ander perspectief:
Nu ik in het Noors werk merk ik dat het minder leuk is dingen te maken in een taal die je niet beheerst. Dat lijkt misschien een voor de hand liggende observatie. Maar ik merk het overduidelijk, en ook is Veronique erg teleurgesteld dat ze mijn werk niet meer kan lezen, en dus kom ik deels op mijn voornemen terug niets meer in het Nederlands te willen schrijven of publiceren. Om dat te vieren introduceer ik
Tonnie Tokkie en de Trokjes:
Zeven lange jaren
Hielp ze geld verbrassen
Nu neem ik haar uit
en wil ze me verpatsen.
Die vrouw laat me zuipen
Zie hoe ver weg ik ben
Geef me één, twee, drie, vier, vijf, zes,
flessen dram.
Die vrouw laat me zuipen
Vroeger hadden we zo'n plezier
Nu jagen shrinks en yogamatten
mij steeds naar het bier.
Wat een hemels lekker basje kreeg ik daar voor elkaar. En nee, ik dronk al bijna acht jaar geen druppel nu. Maar je moet je verleden nooit loochenen, vind ik.
Ik heb zin in die plaat van Tonnie Tokkie en de Trokjes.
U groet,
Martinus Benders